De Vakcentrale voor Professionals (VCP) wijst het voorstel van De Nederlandse Bank (DNB) resoluut af om de pensioenambitie en -premie geleidelijk te laten afnemen naarmate het inkomen stijgt. Het is hiermee een verdere verslechtering van de pensioenopbouw. De VCP heeft zich eerder al verzet tegen de verlaging van de fiscale inkomensgrens bij pensioenopbouw.
Door verplicht minder pensioen op te bouwen zouden mensen meer geld via een spaarproduct kunnen steken in hun huis of pensioen. “Daarmee lijkt DNB meer te staan voor de problemen en belangen van de banksector op korte termijn, dan voor het belang van goede pensioenen op de lange termijn. De belangen van de verschillende toezichtdomeinen lopen hier door elkaar”, aldus VCP-bestuurder Nic van Holstein. Pensioenen zijn geen monetair instrument, maar moeten een adequate toekomstvoorziening bieden voor de oude dag.
De VCP vindt dat de pensioenopbouw in de tweede pijler niet fiscaal moet worden beperkt. De opbouw is per 1 januari jl. al behoorlijk versoberd. De lasten en het uitgavenpatroon van mensen zijn afgestemd op hun inkomen en zij willen ook na pensionering hun levensstandaard kunnen voortzetten. Ouderen moeten bovendien voor veel voorzieningen steeds meer zelf betalen.
Afspraken over de pensioenregeling zijn het domein van werkgevers en werknemers. De meeste pensioenregelingen gaan al uit van middelloon, waardoor gepensioneerden al behoorlijk in inkomen terugvallen en dikwijls niet 70% van het laatstverdiende loon behalen. In verschillende sectoren is bovendien al een maximum pensioengevend salaris afgesproken, waardoor niet iedereen over het hele inkomen aanvullend collectief pensioen opbouwt.