Vrijdag is het weer zo ver, dan is het de bedoeling dat ik opnieuw gekeurd word in verband met mijn Militair Invaliditeitspensioen (MIP). Elk jaar dien je gekeurd te worden om de hoogte van je MIP te bepalen. Het zijn van die dingen die een hoop stress kunnen opleveren in het leven van een beschadigde militair. Vandaag heb ik mijn bezwaarschrift van mijn laatste keuring nog een doorgelezen.
Het keuringsrapport dat ik hiervan had ontvangen stond vol met fouten en onjuistheden. Om maar een paar voorbeelden te noemen stond er op diverse plekken dat ik een vrouw had maar ook een vriendin, ik zou een zoon van 21 jaar hebben en ik rookte 2 pakjes sigaretten op een dag. Zo maar wat onjuistheden, maar wat klopt er dan nog meer niet van het rapport als er al zulke fouten worden gemaakt? Hoe zit het dan met een juiste beoordeling?
De uiteindelijke beoordeling was bedroevend te noemen. Ik zal niet verder uitweiden over percentages en euro’s, maar kloppen doet het niet. Na mijn eerste keuring voor de MIP ben ik tegen het, in mijn ogen en dat van een onafhankelijk onderzoek, veel te lage percentages in bezwaar gegaan. Dit is mij uit handen genomen door de juridische afdeling van de Bond van Nederlandse Militaire Oorlogs- en Dienstslachtoffers (BNMO).
Inmiddels is mijn tweede bezwaarschrift netjes bij het eerste gevoegd en wacht ik al, net als ongeveer 200 andere mensen die bezwaar hebben ingediend over het zelfde euvel, zo’n 3 jaar op een eerlijke beoordeling. Om een lang verhaal kort te maken. Ik heb er een hard hoofd in dat deze derde keuring wel een bevredigende en correcte uitslag zal krijgen.
Misschien moet ik die keuringsarts vrijdag gewoon maar vertellen dat deze niet capabel genoeg is voor het werk waarvoor die is aangenomen en het tweede bezwaarschrift maar eens gaan doornemen met diegene en vertellen hoe beroerd het gesteld is met de beoordeling en verslaglegging van de keuring. Ik ben me ervan bewust dat het mensen zijn die fouten kunnen maken, maar deze mensen hebben bewust voor dit werk gekozen en ik niet dat ik afhankelijk ben van de MIP uitkering.
Bron Veteraan 1974
Redactie ODB
