Woensdagochtend 4 mei hebben voorzitter Erik Jurriëns en secretaris van de ODB Aad Splinter een bloemstuk gelegd bij het monument “Voor hen die vielen” in Den Helder. Jaarlijks worden hier alle gevallen militairen herdacht. De plechtigheid op de Vijfsprong trok zoals gebruikelijk veel publiek.
Een gewapende wacht, deputaties van marine-eenheden en de Marinierskapel der Koninklijke Marine verzorgden de ceremoniële plechtigheid bij het monument. Ook Generaal Rob Verkerk, Commandant der Zeestrijdkrachten, was aanwezig, net als een groot aantal veteranen organisaties en vertegenwoordigers van het Helderse bedrijfsleven.
Nadat kort voor elf uur de genodigden waren gearriveerd, begon de herdenking met het halfstok hijsen van de Nederlandse vlag en een toespraak van de vlootpredikant. “Den Helder was in de Tweede Wereldoorlog een onveilige plek”, hield de hij zijn gehoor voor. “Vriend en vijand lieten hier bommen vallen. Oorlog is ellende. Maar ook militairen streven niet naar oorlog. Zij streven naar het beëindigen van de strijd.”
De vlootpredikant benadrukte dat iedereen verschillend, maar in de eerste plaats mens is. “Veroordeel niet, maar wees ook niet onverschillig voor alles wat je om je heen ziet. Geniet van de vrijheid in de prachtige oase die Nederland heet.”
Na de toespraak werd de eerste krans gelegd, de taptoe geblazen en twee minuten stilte gehouden. Aansluitend werd het Wilhelmus gespeeld en werd vervolgd met de kranslegging. De herdenking bij het monument aan de Middenweg is een van de traditionele herdenkingsbijeenkomsten van de Krijgsmacht.
bron: NHD/ Delano Weltevreden/redactie
Voor to: ODB