Hoe zorgt Defensie ervoor dat de krijgsmacht over voldoende mensen beschikt als er oorlog dreigt? Op dit moment is er immers al een tekort aan militairen. De organisatie denkt daarom na over modernisering en vernieuwing van het zogeheten dienmodel. Dat meldt de staatssecretaris begin juni aan de Tweede Kamer.
Vergroten of verkleinen
Indien Nederland betrokken raakt bij een groot conflict, dan zijn er duizenden militairen (boots on the ground) extra nodig. Defensie moet daarom in staat zijn de krijgsmacht te vergroten maar ook te verkleinen naar gelang de veiligheidssituatie.
Dienmodel
Dat kan met meer reservisten en meer dienjaarmilitairen. Maar een oplossing is niet aan Defensie alleen. Een schaalbare krijgsmacht moet een beroep kunnen doen op de hele samenleving. Defensie wil daarom het dienmodel voor iedereen die bij de organisatie betrokken is anders vormgeven.
Schillenmodel
Dat gebeurt op basis van een zogeheten schillenmodel:
. Schil 1 bestaat uit militairen. Die moeten het eerst in actie komen.
. Schil 2 bestaat daarnaast uit militairen op niet-operationele functies en burgermedewerkers. In een (pre-)conflicttoestand wordt een deel van hen opgenomen in de eerste schil.
. Schil 3 De reservisten. Bij een conflict worden ook zij gemobiliseerd.
. Schil 4 betreft diensten uit de samenleving en van marktpartijen waar Defensie niet zelf in kan of hoeft te voorzien. Dat kan van alles zijn, van ziekenhuisbedden en logistiek tot cybersecurity.
Verplichtend
Het schillenmodel wordt toegepast op allerlei scenario’s die zich voor kunnen doen. Defensie verkent de mogelijkheden voor een dienmodel met maatregelen met een (geleidelijk) meer verplichtend karakter tussen vredestijd en oorlogstijd. Dat is nodig om tijdig te kunnen handelen. De Stas geeft aan het gesprek hierover te willen starten. Keuzes over het dienmodel zijn aan een nieuw kabinet.
9.000 militairen per jaar
Defensie wil dat er vanaf 2029 ongeveer 9.000 militairen per jaar instromen. Het gaat dan om beroepsmilitairen, reservisten en dienjaarmilitairen. Dat heeft gevolgen voor de manier waarop Defensie de krijgsmacht vult, militairen opleidt en eenheden gereed stelt.
Defensie kijkt
De organisatie brengt in kaart wat deze groei betekent voor onder andere selectie, keuring, veiligheidsonderzoeken en geneeskundige verzorging. Maar Defensie kijkt ook naar wat de gevolgen zijn voor de voorraden en het vastgoed.
Dienjaar
Het dienjaar is een belangrijk onderdeel van het dienmodel. Dat wordt opgeschaald van ongeveer 300 deelnemers nu naar 650 in 2024 tot 1.000 in 2025. Na 2025 wordt het Dienjaar zo snel mogelijk opgeschaald naar ongeveer 4.000 deelnemers per jaar.
Vrijwillig inzetten
Zij maken deel uit van schil 1 en 2 en later eventueel als reservist van schil 3. Om dit voor elkaar te krijgen wil defensie jongeren gericht benaderen om zich vrijwillig in te zetten. Daarnaast onderzoekt Defensie op basis van ervaringen in landen als Zweden verdere opschaling van het Dienjaar. De basis vormt een enquête bij de dienstplichtbrief. Verder onderzoekt Defensie verschillende scenario’s met verplichtingen in toenemende mate.
Defensie is op bestuurlijk gebied door de Algemene Rekenkamer afgebrand. Er is een gebrek aan kennis en kunde. ‘Ach, net doen alsof je er druk mee bezig bent. Als er oorlog komt is het toch ieder voor zich! Of niet? Schilletje meer of minder zal dan geen enkele waarde hebben.’
In eerdere berichten hebben wij als ODB geageerd tegen het woord flexibel. Ook in deze tekst komt dit terug, het is goed voor de hogere inkomens.
Toch is er ook een lichtpuntje: er komt vast een nieuwe functie beschikbaar:
Die van schillenboer.
– Mening Onafhankelijke Defensiebond
Tekst: MinDef / Redactie ODB
Afbeelding: MinDef / Redactie ODB