In navolging van het onderbrengen van 11 Luchtmobiele brigade in de ‘Division Schnelle Kräfte (DSK)’ in juni 2014 wordt momenteel door een Nederlands – Duitse stuurgroep verschillende vergaande martiem militaire samenwerkingsprojecten uitgewerkt. Door het structureel uitwisselen van personeel, informatie en materieel met Duitsland worden de eerste stappen gezet naar een verdere maritieme samenwerking binnen Europa.
Eén van projecten is het, marinebreed, intensiveren van de amfibische samenwerking met de Duitse marine door het mogelijk onderbrengen van het Duitse ‘Seebattalion’ in het Korps Mariniers en het Duits medegebruik van het Joint Support Ship (JSS) Zr. Ms. Karel Doorman.
Tegelijkertijd moet worden bedacht dat iedere keer dat de Zr.Ms. Karel Doorman wordt ingezet ten behoeve van Europese partners, de KM feitelijk niet beschikt over capaciteit om te bevoorraden op zee (BOZ). Met de uitdienststelling van de Amsterdam is de Karel Doorman immers het enige schip binnen de Koninklijke Marine dat de beschikking heeft over deze functionaliteit. Een capaciteit die een onlosmakelijk onderdeel uitmaakt van de maritieme basisvoorwaarden voor een op haar taak berekende zeemacht.
Een belangrijk aandachtspunt dat, in het belang van Nederland, kan worden opgelost met een nieuw bevoorradingschip (“Karel Doorman II”) voor de Koninklijke Marine. Eén is immers geen en twee in dit geval alles. Op dit moment wordt deze optie onderzocht. Voor het einde van 2015 zal de minister van Defensie Jeanine Hennis-Plasschaert de Tweede Kamer informeren over de uitbreiding in het kader van internationale samenwerkingsmogelijkheden.
ODB
De ODB deelt het standpunt met de KVMO dat verdere amfibische samenwerking met Duitsland op termijn duidelijke voordelen kan opleveren voor Koninklijke Marine en haar Duitse collega’s, zolang de samenwerking met UK/NL hierdoor niet onder druk komt te staan.
bron: GOVǀMHB/De telegraaf/NU.nl