“Tijdens zijn inzet in Korea heeft korporaal Pieter Berend Slager op de meest loffelijke wijze blijk gegeven van een moedig en beleidvol optreden. Daarom heeft het Zijne Majesteit behaagd hem – postuum – het Bronzen Kruis toe te kennen.” Dat zei minister van Defensie Jeanine Hennis-Plasschaert vandaag in Schaarsbergen bij de overhandiging van het ereteken aan mevrouw Dijkhuizen, de schoonzus van korporaal Slager.
Heuvel 1120
De Groningse oorlogsvrijwilliger Slager sneuvelde op 26 juli 1951. Dat gebeurde op de helling van Heuvel 1120, voor de berg Taeusan in Korea. Hij probeerde een 2e, gewonde Nederlandse militair in veiligheid te brengen. Het lichaam van Slager werd later door zijn maten op de berghelling gevonden. Nu ligt de ex-marinier begraven op het ereveld Tanggok in Pusan in Zuid-Korea.
Getuigenverklaringen
De voordracht voor de dapperheidsonderscheiding werd destijds al in Korea geschreven, maar belandde in een houten kist. Die raakte zoek, maar kwam begin jaren ’90 weer boven water bij het inrichten van het Van Heutsz-museum. De getuigenverklaringen, vastgelegd direct na de gevechten in 1951 en nodig om de aanvraag te toetsen en honoreren, werden pas in 2016 teruggevonden.
Voor alle Korea-strijders
Hennis stelde dat de onderscheiding ook een blijk van erkenning en waardering is voor het optreden van alle oud-Korea-strijders 67 jaar geleden. “De verschrikkingen van het slagveld, hebt u aan den lijve ondervonden”, zei ze tegen de aanwezige oud-Koreastrijders. Voor wat zij in Korea presteerden zijn veel hoge onderscheidingen uitgereikt, waaronder 3 maal de Militaire Willems-Orde. “Toch heeft u na terugkeer in Nederland weinig publieke erkenning ervaren”, aldus de minister. “Niet voor niets betitelen velen de Korea-oorlog als een vergeten oorlog. Daarvan hebben we geleerd. Het waren harde lessen, voor u in het bijzonder.”
Bijzonder stelsel van zorg
Het heeft er toe geleid dat Defensie tegenwoordig waar dat kan, uitgebreid over de missies, de operaties en de prestaties van de militairen vertelt. Ook de heftige en moeilijke omstandigheden waaronder zij hun werk doen, wordt onder de aandacht gebracht. Daardoor ontvangen veteranen ook thuis begrip en waardering voor hun inzet, dichtbij en ver weg. “Vandaag de dag beschikken we over een bijzonder stelsel van zorg, waardering en erkenning. Dit was ook broodnodig”, aldus Hennis.
De ‘berg’ Taeusan
Slager meldde zich in 1945 als oorlogsvrijwilliger aan bij de mariniers en diende tussen juni 1945 en maart 1948 in Indië. Na zijn terugkeer kon hij in Nederland niet aarden en gaf zich op voor het Nederlands Detachement Verenigde Naties dat naar Korea ging. Hij kwam in november 1950 in Pusan aan. Vanaf december 1950 werden de Nederlandse militairen ingezet langs een front ten zuiden van de 38e breedtegraad. De Amerikaanse 2nd Division, waarbij de Nederlandse eenheid was ingedeeld, kreeg in de tweede helft van juli 1951 de opdracht om de ‘berg’ Taeusan (1179 meter hoog) te veroveren. Dat lukte pas na 3 dagen van zeer hevige gevechten, waarbij Slager sneuvelde. Een aantal Nederlandse militairen werd voor hun moedig optreden tijdens het gevecht beloond met een Amerikaanse of Nederlandse dapperheidsonderscheiding.
Bron: Mindef